Voor een betere ervaring u uw browser wijzigen in CHROME, FIREFOX, OPERA of Internet Explorer.
Patella Luxatie bij een minipaardje

Patella Luxatie bij een minipaardje

Net zoals bij een paard kan het verschijnsel ‘patella luxatie’ ook bij een minipaardje voortkomen. Patella is het Latijnse woord voor knieschijf en luxatie is het Latijnse woord voor ontwrichting. Niet alleen bij pony’s kan het voortkomen, maar ook bij mensen, honden of andere dieren. Het is een aandoening waarin de knieschijf zich niet meer op de goede plek bevindt. Hoewel deze aandoen bij pony’s zeldzaam is, is het natuurlijk wel belangrijk om het een en ander ervan af te weten.

 

Hoe ziet het eruit?
Als eerste is het belangrijk om te weten hoe patella luxatie eruitziet, zodat je kan gaan herkennen wanneer dit bij je pony gebeurt. Patella luxatie is dus dat de knie van de pony op slot staat. Daardoor kan het niet meer buigen waardoor het been recht blijft staan. Als de pony dan probeert door te lopen sleept hij zijn been dan mee. Veel mensen die patella luxatie waarnemen als ‘stokkreupel, slepen met achterbeen of pony zakt door zijn achterbeen’. Vooral bij jonge paarden, shetlanders en friezen is er sprake van patella luxatie. Maar over het algemeen is het gelukkig een zeldzame aandoening.

 

De anatomie van een knie
Het kniegewricht bestaat eigenlijk uit twee losse gewrichten. De eerste is tussen het bovenbeen en scheenbeen. De tweede tussen de knieschijf en het onderbeen. De banden die eromheen zitten (niet te zien op het plaatje) verstevigen de gewrichten en zorgen dat de knie stabiel is. Ook houdt het de knieschijf op zijn plaats. Tijdens het bewegen van het been glijdt de knieschijf steeds in de groeve van boven naar beneden. Als de banden niet goed zitten of te slap zijn dan kan de knieschijf blijven haken achter het bovenbeen. Als de knieschijf dan niet losschiet vindt de patella fixatie plaats. Dit is ook wel dat de knie op slot staat. Als gevolg kan de pony zijn knie niet meer buigen en blijft het been recht staan. Het been wordt dan een soort meegesleept.

 

 

Oorzaken van een patella luxatie
Er zijn meerdere oorzaken waardoor een patella luxatie verschijnt. De eerste en meest voorkomende is dat deze aandoening is aangeboren (erfelijk dus). Meestal is het veulentje geboren met een patella luxatie aan beide achterbenen. Dat betekent dat de banden niet goed zijn ontwikkeld of niet sterk genoeg zijn. Het kan ook zijn dat de knieschijf niet op de goede plek ligt.

Ook kan het zijn dat de patella luxatie later veel voorkomt. Dat gebeurt meestal bij jonge pony’s tot ongeveer 3 jaar. Dit zal betekenen dat de pony op jonge leeftijd al problemen had met de knieschijf en dat die er snel uit kan schieten of dat de banden zijn uitgerekt.

Daarnaast is het ook nog mogelijk dat bij een te veel aan stress of een schrik reactie dat de pony een onverwachtse beweging maakt en dat de knieschijf van zijn plek schiet. Dit gebeurt maar zelden.

Als laatste kan het ook zijn dat het aan de beweging/stand van de pony ligt. Als ze voortdurend in een te steile stand staan of ze te weinig worden getraind kan deze blessure ook voortkomen.

 

Wat kan je ertegen doen?
Het is belangrijk om je pony zo veel mogelijk te trainen en aan te sterken. Daardoor gaan de banden strakker staan en worden ze sterker. Stappen op een harde ondergrond is de beste manier.
Als het een lichte vorm van patella luxatie is dan schiet de knieschijf vaak vanzelf weer los of kan je het met de hand losmaken.
Door je pony voorzichtig een paar stappen naar achteren te laten maken, schiet de verbinding vaak ook wel in de juiste positie terug.
Als laatste kan een vakbekwame hoefsmid je helpen bij dit probleem, door de stand van de achter hoeven in een wat aangepast hoek te zetten.

Er zijn dus een paar oorzaken van patella luxatie, maar gelukkig zijn er ook mogelijkheden om het op te lossen. Hoewel het zich niet vaak voordoet kan je er als baasje van je pony wel op voorbereid zijn. Als het een lichtere vorm is kan de knieschijf vaak zelf of met een klein beetje hulp wel terugschieten. Daarna kan je met trainen en het aan te sterken veel voorkomen. Een ernstiger vorm van deze afwijking is een zorg voor de paardenarts, maar hoe jonger vastgesteld en aangepakt des te meer kans op herstel.

 

Top